Efteling

muziek:
Youp van 't Hek

tekst:
Youp van 't Hek


Ik ben met oma naar de Efteling geweest
Dat vond ze mooi, dat vond ze prachtig
De hele middag was ook een eindeloos feest
Het was geweldig en sprookjesachtig

Met de boemeltrein maakten we een ritje
Langs elfen en kaboutertjes en sneeuwwitte Sneeuwwitje
En de Fakir die vloog op zijn tapijt
Wat een jolijt, wat een jolijt, wat een jolijt

Langs Doornroosje en de Gelaarsde Kat
Langs Klein Duimpje en de Vanger van de Rat
En die liftende puntmuts op zijn paddestoel
'Kleine boodschap, kleine boodschap'
Nou toen hebben we gelachen
u begrijpt wat ik bedoel

Oma werd opgewonden
En met het uur werd ze ook wijzer
Wij vertelden haar het verhaal
Van de kleren van de keizer
En daarna zong zij nog een mooi liedje
Over Roodkapje met de clou van Hans en Grietje

Nu zaten we aan het einde van de tocht
Met lauwe sinas en met oma op 't terras
Maar ik moest mij even excuseren
Want tja tja ik moest een plas

Toen ik terug kwam was oma verdwenen
Nou, ik zei nog: die neemt ook snel de benen
Ik ging het de opzichter snel zeggen
Die meteen al in de kanovijver wou gaan dreggen
Wij overal zoeken ook op de kinderboerderij
Wij zagen heel wat oudjes maar zij was er niet bij

Later bleek: zij was met het papiertje van het ijs
Teruggegaan naar die holle bolle Gijs
Zij gooide het in zijn mond,
Nou dat was een leuk spel
Want hij sprak met volle mond
steeds keurig: 'Dank u wel'

Nou en daarvan was oma toch wel even stil
En dacht: doet hij dat nou ook met mijn zonnebril?
Daarna haar pruik en haar prothese
En toen haar jarretel
En bij haar kousen en schoenen
riep hij nog steeds: 'Dank u wel'

Toen haar jas en haar vest, nou dat gaf een plezier
Daarna haar paspoort
na de vraag van: 'Hier papier'
Hij vrat alles
had zelfs haar parapluutje al gekraakt
Maar oma had niets over
stond inmiddels poedelnaakt

Toen kwam het bericht dat ze was gevonden
Papiertjes rapend op het parkeerterrein
Allemaal voedsel voor die hongerige Gijs
Want eten vond hij zo fijn

Beetje beschaamd heb ik oma meegenomen
Gehuld in mijn lange regenjas
En toen ik vroeg, hoe ze hier toe was gekomen
Zei ze dat het zo'n beleefde jongen was