Geef mij de kroeg

muziek:
Ton Scherpenzeel

tekst:
Youp van 't Hek


Geef mij de kroeg waar alles stuk is.
Alles is kapot.
Geef mij de kroeg waar geen geluk is.
Geen hoop en ook geen god.
Geef mij de kroeg waar ik kan drinken
in het hartje van de stad.
Geef mij de kroeg waar ik kan klinken,
ook al weet ik niet op wat.

Geef mij de kroeg met holle vaten,
holle vaten aan de tap.
Holle vaten die maar praten,
af en toe een slechte grap.
Die maar zuipen om te zuipen.
Ach, ze praten enkel ruis,
om daarna naar huis te kruipen,
maar ze komen nooit echt thuis.

Geef mij de kroeg met dikke tranen,
dikke tranen in het glas.
Dikke tranen die maar wanen
dat men vroeger iemand was.
Iemand om tegenop te kijken,
goedgeluimd en goedgebekt.
Niet iemand om af te zeiken,
nee, echt iemand met respect.

Geef me de kroeg met dronken woorden
en een mening niet te mals.
Een kroeg met zacht-gestoorden,
beetje boos, een beetje vals.
Een kroeg waar keihard wordt gelachen,
waar humor alles overbrugt,
een kroeg zonder gezang
en met een vloek en met een.....