muziek:
Ton Scherpenzeel

tekst:
Youp van 't Hek

Ik wil de dag weer zien,
De zon maar ook de maan
Ik wil je lach weer zien,
Maar ook je mooie tranen
Ik wil me ergens anders met je wanen
Ik wil gewoon een splinternieuw bestaan
Geen krediet, geen hypotheek,
Geen duppie schuld
En geen verleden,
Alle ruzies zijn vergeten
Omringd door bomen
En in dat licht gehuld
Ik wil opnieuw met jou,
Je mag het weten

Ik wil een huis, een grote tuin
Een open haard en elke dag verhalen
En ik wil uren door de bossen
Met je dwalen
Een huis vlakbij het strand
Hoog op een duin
Ik wil seizoenen zien,
De twijgen en de sneeuw
De strenge vorst,
Maar ook de herfstblaren
Ik wil fluisteren,
Ik fluister je mijn schreeuw
Ik wil je elke dag
De liefde weer verklaren

Zo'n huis met rieten dak
En mooie luiken
En bomen oh zo groen
En bloemen, je zou ze moeten ruiken
Zullen we? Zullen we het doen?
Een huis in de klimop
En die mag bloeien
Tot in oktober
Het liefste vanaf mei
En wij zullen daar vlammen,
Fikken, gloeien
En onze liefde
Die gaat nooit voorbij

Maar ja, waar is dat huis?
Dat huis is niet te vinden
Ik bel met al mijn vrinden
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een villa zonder vragen
Met louter leuke dagen
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Van boven naar beneden
In dorpen en in steden
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder ravages
Van pakweg twee etages
Ik zoek, ik zoek, ik zoek
Een huis zonder verdriet
Waar nimmer wordt gelogen
En niemand wordt bedrogen
Dat huis dat is er niet
Een huis met heel veel licht
En zonder jaloezieën
Uitsluitend harmonie en
Alles vederlicht
Een huis zonder gedoe
Gelukkig met ons tweeën
Er wordt heel veel gevreeën
Want we zijn elkaar niet moe

Ik weet: ik vraag te veel
Ik bel met al mijn vrinden
Maar niemand kan het vinden
Ik zoek een luchtkasteel